donderdag 25 maart 2010

Vreemde taal?

Toen in de jaren 90 de muur viel, ben ik een paar jaar achtereen in het oostelijke deel van Duitsland op vakantie geweest.
Bij een bezoek in 1997 bezocht ik een kennis in Dresden. Tijdens een wandeling in de stad kwamen we in een restaurantje terecht. Nadat we besteld hadden, en inmiddels aan het eten waren, zat een Japanner aan de tafel naast ons. Van zijn gezicht was af te lezen dat een sanitair bezoek aanstaande was. De man was de Duitse taal niet machtig, en vroeg zich af welk toilet het herentoilet was." Dat merk je snel genoeg", was mijn antwoord, aangevuld dat het "Herren" is. De Japanner bedankte mij hartelijk.
Mijn kennis zat het schouwspel met open mond te volgen." Spreek jij vreemde talen?", was haar commentaar. Ik herinnerde haar eraan dat ik al de hele week een, voor mij, vreemde taal sprak.
Een paar jaar daarvoor ben ik zelf voor gaas gegaan in een restaurant in Arnstadt. We schrijven het jaar 1991 om exact te zijn. Het was in deze stad dat ik merkte dat de taal, in de tijd dat Duitsland gesplitst was, behoorlijke verschillen heeft gekregen. De meeste oostelijke woorden waren wel terug te herleiden tot westelijke, maar een keertje ging het mis. In een restaurant kreeg ik de vraag: "Wie kostet das?" In mijn onschuld dacht ik dat degene, een Griek, om de prijs vroeg en een taalfout maakte, dus ik vertelde hem de prijs. Bleek het de kok te zijn, die uit de keuken was gekomen om te vragen hoe het smaakte. Wist ik veel dat in het oosten het woord "kosten" ook smaken en proeven betekent. Nadat ik gegeten had, heeft de man mij nog wat woorden geleerd.
In hetzelfde stadje wilde ik mijn auto, een Renault Express diesel, tanken. Een hele uitdaging in een regio waar de gemiddelde auto nog op mengsmering liep. Bij de normaal tankstation kon ik dus niet terecht. In deze regio is veel landbouw, dus rijden er tractoren op.......diesel. Op een boerderij wilde ik gaan vragen waar ik diesel kon tanken. Tot mijn stomme verbazing was er ook een compleet tankstation op het terrein. Ik zette mijn auto aan de pomp. Een vriendelijke man kwam op mij toe lopen, en begon mij in allerlei talen aan te spreken, waarop ik hem vroeg of hij een voor mij verstaanbare taal sprak. Hij verontschuldigde zich. Hij was even van de wijs gebracht door het nummerbord, geel met zwarte letters, veel gebruikt in het voormalige Oostblok. Hij had nog nooit in zijn leven een Nederlander gezien. Ik had in ieder geval mijn diesel.

Geen opmerkingen: