zondag 23 februari 2014

Het venijn.

... zit in de staart. En dat nam deze auto wel heel letterlijk. Vrijdagavond, ik kwam van mijn wekelijkse EHBO-les, kwam ik in Amstelveen van de snelweg gereden. Bij het remmen hoorde ik ineens een schurend en rammelend geluid aan de achterkant van de auto. Omdat ik dichtbij huis was, ben ik voorzichtig doorgereden, immers, je wilt zo snel mogelijk van de weg zijn.
Thuis aangekomen kon ik aanvankelijk niets ontdekken. Voor de zekerheid heb ik de wielmoeren nog nagetrokken. Dit doe ik eigenlijk altijd nadat een auto uit de garage komt, zeker nadat ik in Antwerpen bijna een keer een voorwiel ben kwijtgeraakt. De wielmoeren zaten zo vast als een huis, en een lagerspeling kon ik ook niet ontdekken.
De volgende ochtend, op weg naar het werk, hoorde ik het geluid een stuk minder. Ik had al het plan opgevat om even langs de garage te rijden. Echter, deze opent op zaterdag pas om 10 uur, en had ik alle tijd om even zelf te gaan kijken.
Toen de remtrommel los lag, kwam er een minuscuul stukje ijzer uit de trommel vallen. Deze was afkomstig van een randje, die ervoor moet zorgen dat de remmen droog blijven bij regen. Van diezelfde rand was een stukje ijzer tussen de remschoen en remtrommel terecht gekomen.
Nadat dit verwijderd was, en nog wat likjes vet hier en daar gegeven hadden, was het weer stil achterin, en was de rit naar de garage overbodig.

Geen opmerkingen: