zaterdag 21 juni 2008

In het buitenland

In de jaren 80 en 90 kwam ik regelmatig in Duitsland. Door het trammuseum was ik in contact gekomen met de stad Kassel, tegenwoordig gelegen in het midden van Duitsland. De eerste malen dat ik er kwam, bestond het ijzeren gordijn er nog, en was de grap in die hoek om chroompoets mee te nemen, omdat het gordijn aan het roesten was( wisten we toen veel hoe dicht we bij de waarheid zaten). In 1988 was het vijf-jarige kunstevenement Documenta. In die tijd was ik er op vakantie. Omdat ik voor het eerst sinds jaren weer alleen op pad was, mijn relatie was het jaar daarvoor op de klippen gelopen, dook ik het Kasselse nachtleven in. Door een kennis van mij, die helaas vorig jaar overleden is, had ik mij het lokale spraakgebruik eigen gemaakt. Wel zo handig. Op een avond kwam ik een dame tegen, niet ongebruikelijk trouwens. Die vroeg mij of ik bekend was met het Kassels openbaar vervoer. Ik kon het lijnennet inderdaad redelijk uit mijn hoofd. Of ik op de Königsplatz, het centrale plein in de stad, kon meehelpen bij de infomatiestand van de KVG, het lokale trambedrijf. Dit wilde ik best wel eens meemaken. De volgende ochtend meldde ik mij op de Königsplatz. In no-time had ik redelijk wat klanten geholpen. Op een bepaald moment komt er een echtpaar aan mijn loket. "Können Sie uns erzählen wo die Tram nach Hercules geht?", gevolgd door:" Ik hoop dat hij het zo begrijpt. Zo zeg je dat niet." Toen ik in gewoon in het Nederlands antwoordde;" U neemt lijn 3 naar Druseltal, u stapt daar over op lijn 23 naar Hercules, en op de terugweg kunt u lijn 1 nemen", toen viel er een stilte. De vrouw stamelde:" Dank u wel", en liep weg. "Ik wist niet dat ze hier ook Nederlands spreken."

Geen opmerkingen: